De eerste keer dat ik ceviche at was in 2008, toen de Peruaanse keuken nog láng niet zo bekend en populair was als nu het geval is. Ik backpackte door Peru en Bolivia, was nog student, zag overal cavia op het menu staan. De rauwe vis die ceviche bleek te heten, en die veel toeristen maar gek en vies vonden (sushi was toen ook nog niet zo populair als nu, dus rauwe vis was Heel Heftig), vond ik eigenlijk best wel goed te doen. Zo rauw is de vis eigenlijk niet eens, want het wordt ingelegd in zuur (zoals citroensap of azijn) waardoor de vis aan de randen gaart. Dit kun je zien aan de randjes: de vis is daar niet meer glazig, maar eerder dof van kleur.

Deze ceviche at ik tijdens een zondagse brunch samen met allemaal foodies die bij elkaar werden gebracht door Lavinia – we noemen de groep ‘Lavinia’s Alleseters’. Méga gezellig, met altijd genoeg te knagen op tafel. Tips voor het maken van ceviche:

– Let op dat je hele verse vis gebruikt. De vis gaart iets door het zuur dat je gebruikt, maar dat doodt geen bacteriën.

– Zalm is een medium stevige vis, die ongeveer 3 minuten gaartijd nodig heeft in het zuur.

– De ‘tijgermelk’, zoals de marinade ook wel wordt genoemd, maak je altijd met een zuur (zoals in dit geval limoensap), zout en verse koriander.

– Bewaar deze tijgermelk na het marineren! Je kunt hem namelijk bij de ceviche serveren als saus. Weggooien is zonde!

Bereidingswijze ceviche

(voor 4 personen als voorgerecht)

Maak de tijgermelk van het limoensap, de helft van de koriander, het pepertje, knoflook en een snuf zout. Voor een extra fijne marinade zet je de staafmixer er even op zodat alles egaal fijn wordt.

Snijd de zalm in kleine blokjes of smalle reepjes.

Laat de zalm 3 minuten in de tijgermelk liggen. Schep af en toe om.

Snijd intussen de avocado in blokjes.

Meng de gemarineerde zalm met de avocado en de rode ui. Verdeel de rest van de koriander erover.

Serveer met popcorn. Is weer eens wat anders. En ziet er leuk uit 🙂

Eet direct. Enjoy!